De regels hebben bijvoorbeeld betrekking op behoud van biologische diversiteit, bestrijding van antropogene klimaatverandering, bescherming van de ozonlaag of bestrijding van verwoestijning. Andere regels hebben een procedureel karakter, en gaan bijvoorbeeld over (strategische) milieueffectrapportages, toegang tot informatie, inspraak of juridische toetsing van besluiten over milieuaangelegenheden.
Het internationaal milieurecht is gericht op het reguleren van menselijke activiteiten die het milieu vervuilen, verstoren of het risico van vervuiling of verstoring van het milieu met zich mee brengen. Door deze regulering wordt geprobeerd het milieu zo goed mogelijk te beschermen. Belangrijke verdragen die ook voor Nederland en/of de andere landen binnen het Koninkrijk gelden zijn het Verdrag van Bazel inzake de beheersing van de grensoverschrijdende overbrenging van gevaarlijke afvalstoffen en de verwijdering ervan en het Verdrag inzake biologische diversiteit. Ook het internationaal recht dat ziet op het tegengaan van internationale klimaatverandering vormt onderdeel van het internationaal milieurecht. Nederland is in dat kader bijvoorbeeld verdragspartij bij het Raamwerkverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en de Overeenkomst van Parijs.
Diverse multilaterale milieuverdragen voorzien in een zogenaamd nalevingscomité. Kwesties die zien op de naleving van verplichtingen zoals opgenomen in het betreffende verdrag kunnen aan deze comités worden voorgelegd. Nederland is verdragspartij bij een aantal van dit soort verdragen, zoals het Verdrag inzake milieueffectrapportages in grensoverschrijdend verband, (Espoo) en het Verdrag betreffende toegang tot informatie, inspraak in besluitvorming en toegang tot de rechter inzake milieuaangelegenheden. Dit laatste verdrag wordt ook wel het verdrag van Aarhus genoemd.
Het verdrag van Aarhus bestaat uit procedurele rechten voor individuen en organisaties. Het nalevingscomité (Aarhus Convention Compliance Committee, Genève) voert de nalevingsprocedure uit. In de nalevingsprocedure staat centraal wat een verdragspartij in de toekomst kan doen om de verplichtingen onder het Verdrag van Aarhus (beter) na te komen. Het nalevingscomité kan bevindingen en aanbevelingen doen. Deze zijn niet juridisch verbindend. De bevindingen en aanbevelingen worden vervolgens bekrachtigd door de Vergadering van Partijen (Meeting of the Parties). De Vergadering van Partijen kan overigens ook zelf het nalevingscomité verzoeken om een rapport op te stellen over de uitvoering en naleving van specifieke verdragsverplichtingen door een bepaalde verdragspartij. Op de website van het nalevingscomité staat meer informatie over de manier waarop kwesties bij het comité kunnen worden aangekaart. Naast het uitvoeren van de nalevingsprocedure is het nalevingscomité ook belast met de beoordeling van rapportageverplichtingen van de verdragspartijen. Er zijn diverse zaken tegen Nederland onder het Verdrag van Aarhus. De bevindingen en aanbevelingen in deze zaken zijn te vinden op de website van het UNECE (Communications from the public).
Andere milieuverdragen kennen vergelijkbare nalevingscomités. De volgende verdragen gelden ook voor Nederland en/of de andere landen binnen het Koninkrijk (met tussen haakjes het desbetreffende nalevingscomité):